Demissionair minister Hugo de Jonge (Volkshuisvesting) trekt met zijn wetsvoorstel Versterking regie op volkshuisvesting meer macht naar zich toe. Zo krijgt de minister meer bevoegdheden om stagnerende bouwprojecten vlot te trekken.
Ook snijdt De Jonge in de beroepsprocedures tegen vergunningverlening van bouwplannen, blijkt uit het voorstel dat donderdag naar de Tweede Kamer is gestuurd. De Jonge geeft met de wet gemeenten de mogelijkheid om bij algemene maatregel van bestuur projecten aan te wijzen waarvan de versnelde uitvoering noodzakelijk is, dit vanwege zwaarwegende maatschappelijke belangen. Daarmee zoekt hij versnelling in beroepsmogelijkheden. Het gaat dan om projecten van twaalf woningen of meer.
Bouw van kleinere huizen onvermijdelijk
De eis op het gebied van betaalbaarheid – twee derde van de woningen moet ’betaalbaar’ zijn: voor koopwoningen betekent dat op dit moment een maximumprijs van € 390.000 – zal gevolgen hebben voor de omvang van woningen, verwacht de minister. “Ik denk dat het onvermijdelijk is dat we iets kleiner gaan bouwen”, zegt De Jonge. Hij vindt dat niet per se een probleem. “In Nederland wonen we gemiddeld genomen heel groot”, zegt hij. “Maar onze gezinsgrootte neemt rap af. Er is juist een grote behoefte aan woningen voor alleenstaanden.”
Veel van de voorstellen waren al bekend, maar ze komen nu in een wet en ze zijn ook hier en daar aangepast.
De Jonge spreekt Zuid-Holland aan op ’afremmen’ woningbouw
Bij de toelichting van het wetsvoorstel Versterking regie volkshuisvesting haalde de demissionair minister de situatie in Zuid-Holland aan. De provincie Zuid-Holland remt de woningbouw af, terwijl er juist snel nieuwe huizen gebouwd moeten worden. Die conclusie staat ook in een brief aan de provincie.
“Ik constateer dat een aantal beleidsvoornemens van uw college een rem kan zetten op de woningbouw en onze gezamenlijke afspraken eenzijdig wijzigen”, schrijft De Jonge, die gedeputeerde Anne Koning (wonen, PvdA) hier onlangs al op aansprak. Binnenkort wil hij met het hele college in gesprek. Ook schrijft hij: ‘Het beperken van bouwmogelijkheden in buitenstedelijk gebied vind ik in deze tijd van woningnood ongewenst, schrijft De Jonge. Hij wil het juist makkelijker maken om aan de randen van steden en dorpen op kleine locaties te bouwen.
Zuid-Holland zegt dat het college en De Jonge het op hoofdlijnen eens zijn, namelijk de wooncrisis oplossen door het bouwen van de juiste woningen. Wel is er volgens de provincie op enkele punten een verschil van inzicht.
Artikel gaat verder onder de afbeelding
Verplicht volkshuisvestingsprogramma
Rijk, provincies en gemeenten worden verplicht een volkshuisvestingsprogramma te maken waarin hoeveelheden, doelgroepen en bouwlocaties worden vastgelegd. Provincies en gemeenten moeten zorgen voor voldoende bouwlocaties. Als zij er niet uitkomen, kan de minister locaties aanwijzen.
Verder moeten woningcorporaties en gemeenten samen harde afspraken maken over de bouw van 250.000 sociale huurwoningen en 50.000 woningen voor mensen met middeninkomens tot en met 2030. Vastgelegd moet worden waar en wanneer die woningen worden gebouwd. Als dit proces spaak loopt, kan de minister een bindende uitspraak doen zodat de bouw verder kan.
Alle gemeenten worden verplicht een urgentieregeling te hebben. Nu hebben vaak alleen grote gemeenten zo’n voorrangsregeling voor mensen die met spoed een woning zoeken. Als alle gemeenten urgente woningzoekenden helpen, maken zij volgens De Jonge meer kans op een passende woning en maken ook reguliere woningzoekenden een goede kans op een woning.
De Jonge: tot een jaar tijdwinst
De Jonge wil dus ook een eind maken aan lange beroepsprocedures waardoor woningbouwprojecten vertraging oplopen. Bij vergunningverlening kan volgens het wetsvoorstel maar één keer naar de rechter worden gestapt in plaats van twee keer. Daarmee wordt volgens de minister een tijdwinst tot een jaar geboekt.
Daarnaast moet de bestuursrechter binnen zes maanden een uitspraak doen bij projecten waartegen bezwaar is gemaakt. Het gaat om projecten die het kabinet aanwijst, omdat daarvan “versnelde uitvoering noodzakelijk is vanwege zwaarwegende maatschappelijke belangen”, schrijft hij aan de Kamer.
De Tweede en Eerste Kamer moeten het wetsvoorstel Versterking regie volkshuisvesting nog behandelen. De Jonge hoopt dat de wet op 1 juli kan ingaan.